Plaatsen van zonnepanelen

Bij de plaatsing van zonnepanelen moet zowel met constructieve als installatietechnische regels rekening gehouden worden.

Technische beeld van hoe zonnepanelen geplaatst kunnen worden op een dak

De regels

Voor de elektrische installatie is NEN 1010 leidend. Deze norm is voor zonnepanelen aangevuld met de praktijkrichtlijn NPR 9090. Hierin zijn onder andere de eisen aan de omvormer opgenomen en het scheiden van de + en - leidingen. 

Voor de constructieve eisen zijn de beoordelingsrichtlijn 9933 en NEN 7250 leidend.

  • In de beoordelingsrichtlijn 9933 'Beoordelingsrichtlijn voor het monteren van zonne-elementen op en aan gebouwen' staat omschreven welke werkzaamheden noodzakelijk zijn voor een juiste montage.
  • In NEN-EN 1990 is bepaald dat de onderconstructie voldoende sterkte moet hebben om de belastingen door het zonne-element op te nemen. Voor de constructieve veiligheid (Windbelasting) en waterdichtheid wordt verwezen naar NEN 7250. Specifiek voor zonne-energiesystemen worden hierin de integratie gratie in daken en gevels én de bouwkundige aspecten omschreven. De norm NEN 7250 heeft als doel veilig bouwen en installeren van een PV-installatie en het optimaal functioneren.

BRL 9933 verwijst bovendien naar een aantal andere belangrijke eisen met betrekking tot de (brand)veiligheid:

  • Wering van vocht is omschreven in NEN 2778.
  • In de NEN 6068 is de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBD-BO) bepaald.

Protectie tegen ongedierte is niet in de BRL 9933 opgenomen, maar wel een aandachtspunt. De temperatuur is achter een zonnepaneel kan - zeker als de ventielatiestroom wordt geblokkeerd door nesten, bladeren etc. - namelijk oplopen tot meer dan 80 graden celsius.

Installatie voorschriften

  • Volg de montage- en installatievoorschriften van de leverancier van de zonnepanelen.
  • In de ontwerpfase is het belangrijk onbrandbaar isolatiemateriaal onder de PV-installatie te plaatsen.
  • Voorkom dat de bekabeling wordt aangetast door brand, anders ontstaat er een vlamboog. Plaats daarom de bekabeling van het PV-systeem niet door een brandscheiding. Is er geen andere mogelijkheid, dan moet er met brandmanchetten gewerkt worden.
  • Plaats Solar vogelschroten om het nestelen van vogels onder de PV-panelen te voorkomen.
  • Bij indaksystemen mogen zonnepanelen niet dicht op onderliggende bouwmaterialen geplaatst worden. Op een hellend dak moet de 'vrije tengelhoogte' (de afstand tussen het dakbeschot en/of de isolatie én de onderkant van het zonnepaneel) minimaal 10 mm bedragen. Bij daken met een hellingshoek minder 20° bedraagt de minimale afstand 20 mm.


  • Voldoende afstand tussen de dakconstructie en de zonnepanelen is belangrijk. Een kunststof indaksysteem zorgt daarvoor.
  • Bij indaksystemen worden gootstukken toegepast voor de waterkering.
  • Zorg dat de luchtspouw onder de zonnepanelen aan de boven- en onderzijde open blijft. Dit voorkomt oplopende temperaturen en zorgt voor natuurlijke ventilatie.
  • Let er bij beplating op dat de bevestigingsmiddelen geen warmte kunnen overdragen naar de onderlaag.

Meer informatie

Kennisdocument dak: Op het dak komt bouw- en installatietechniek samen

Kennisdocument dak: Op het dak komt bouw- en installatietechniek samen

Het dak boven je hoofd is het fundament van de energiehuishouding. Niet alleen omdat de isolatiewaarden van het dak de warmtevraag bepalen, het dak is inmiddels ook een grote energieleverancier geworden. Het dak levert bovendien een belangrijke bijdrage aan de veiligheid, het comfort en de gezondheid van bewoners.

Lees meer
DakWijs configurator

DakWijs configurator

Met de DakWijs configurator bepaal je zelf eenvoudig welke materialen je nodig hebt voor jouw hellende dak.

Lees meer
Solar

Solar

PV-panelen aanbrengen op het dak is inmiddels zo goed als standaard bij nieuwbouw en renovatie. Je wilt de panelen eenvoudig en snel monteren én garanderen dat ze optimaal presteren. Hiervoor ontwikkelde Ubbink het programma Solar Bevestiging en Protectie.

Lees meer