Wat doe je als slechts één ketel in een appartementencomplex kapot gaat? En er is sprake van een collectief rookgasafvoersysteem (CLV). Vervang je dan ook de andere aangesloten ketels en het complete afvoersysteem Best een lastig dilemma. Zeker als het om een Vereniging van Eigenaren (VvE) gaat. Wat zijn de do’s en don’ts?
Natuurlijk, er zijn appartementen die gewoon een eigen rookafvoerbuis hebben. Dan is de keuze snel gemaakt. Samen met de cv-ketel vervang je dan meestal ook direct de rookafvoerbuis. Bij afvoersystemen die ouder zijn dan 15 jaar ben je dat zelfs verplicht. Maar bij een collectief rookafvoersysteem (CLV) en een Vereniging van Eigenaren ligt dat vaak wat gecompliceerder. Je hebt dan altijd te maken met meerdere eigenaren. Gaat er één cv-ketel kapot dan is de het dus de vraag of ook de andere bewoners willen investeren in een nieuwe ketel en een nieuw collectief CLV-systeem.
Wat je in ieder geval niet moet doen is, zomaar een nieuwe ketel plaatsen op een bestaand CLV-systeem. En ook het vervangen van een individuele VR-ketel door een HR-ketel is geen goed idee. Er kunnen daardoor allerlei storingen en gevaarlijke situaties ontstaan. De basisregel is dat je nooit een deel van een streng aanpast. Het is alles of niets. De kunst is om de leeftijden van de cv-ketels zo dicht mogelijk bij elkaar te houden. Gaat een ketel naar 12 of 13 jaar kapot, dan kun je er veel beter voor kiezen om deze te repareren zodat hij nog een paar jaar meekan. Om daarna alle ketels die op deze streng aangesloten zijn in één keer te vervangen. Inclusief het CLV-systeem. Dit vereist wel een proactieve rol van de installateur. Daarbij is het handig dat alle bewoners dezelfde installateur hebben. Op die manier wordt het makkelijker om een collectieve vervanging van alle ketels goed voor te bereiden.
Ga je de ketels vervangen, dan is het bij een collectief rookgasafvoersysteem belangrijk dat je kiest voor één merk en één vermogen. De ketelfabrikant gaat namelijk op basis van het type cv-ketel dat erin komt, uitrekenen wat de minimale doorlaat van het CLV-systeem moet zijn. Ga je er daarna toch weer een ander merk of ander vermogen ketel inzetten, dan klopt die berekening niet meer. Een andere merk ketel aansluiten op een collectief CLV-systeem is een don’t! Doordat elke cv-ketel zijn eigen opstartprocedure heeft, ontstaan er daardoor problemen in het rookafvoersysteem. Bij het aanslaan van een ketel kan daardoor zelfs rookgas terecht komen in de ketel van de bovenbuurman!
Maar mijn belangrijkste tip bij een VvE is misschien wel om de leeftijden van de cv-ketels en het CLV-systeem zo dicht mogelijk bij elkaar te houden. Daar ligt een heel belangrijke taak voor de installateur. Wees proactief en zorg dat de appartementeigenaren worden meegenomen in de investeringen die er op termijn aankomen. Doe je dat tijdig, dan verloopt zo’n traject vaak het soepelst. Ook hier geldt: Build smart.
Bert Lodewijckx
Senior Rayonmanager Installatie | Rayon Noord/Oost
blodewijckx@ubbink.nl / 06 57 779 684